Perspectief, VASF, juli 2019

PERSPECTIEF MAGAZINE VERENIGING AANDEELHOUDERS STADION FEIJENOORD N.V. 27 AANDEELHOUDERS AAN HET WOORD Minder te spreken is hij over Gio. ,,Hij heeft prijzen gehaald maar is mij als trainer hard tegen gevallen. Te weinig aandacht voor de jonge spelers wat uiteindelijk de toekomst moet worden.’’ Woorden van gelijke strekking komen uit de pen van Jörgen . ,,Over Gio ben ik snel klaar. Respect voor de persoon, de titel en andere prijzen. Maar de laatste twee jaar hebben we zo slecht gespeeld. Dan heb ik veel moeite met alleen maar juichverhalen over Gio. Bij een topclub past ook kritiek als dingen niet goed gaan. Als Gio geen kind van de club was geweest, was hij al lang en terecht ontslagen.’’ Ook Jan de Knecht vindt dat Gio twee seizoenen te lang is doorgegaan. Robin blijft een speler met uitzonderlijke kwaliteiten. ,,Je zou verwachten dat het team zich aan hem zou gaan oprichten en dat is niet gebeurd.’’ Piet vond het een mooi afscheid maar zet een vraagteken bij het opblazen met ‘het geheim houden van het programma’. ,,Ik had daardoor wel iets heel speciaals verwacht. Toespraken, het aanbieden van cadeaus en een ereronde zijn toch wel gebruikelijke dingen. Daar hoef je toch niet geheimzinnig over te doen?’’ Tot slot een krachtig verhaal van Jan van Heck . ,,Wat een mooi feest had moeten worden, werd een afspiegeling van het hele seizoen. Dramatisch! De festiviteiten hadden daardoor iets geforceerds. De over-enthousiaste Sander de Kramer deed het bijna voorkomen of we toch een prijs hadden gewonnen. Het duurde allemaal te lang, er moest van alles opgebouwd worden en er waren geen verrassingen. Het leek wel of je op je eigen feestje toe moet kijken hoe de slingers opgehangen worden. Het was fijn, ondanks de zeperd tegen ADO dat het merendeel van de toeschouwers zijn blijven zitten. Dat hebben Gio en Robin wel verdiend.’’ Hoe staan jullie vandaag de dag tegenover Feyenoord City? De stemming had iets weg van een 80/20 verhouding in het ‘voordeel’ van De Kuip. Een en ander is niet los te zien van het deken van somberheid dat hing over ‘alles’ dat met Feyenoord te maken heeft. Benieuwd of het uitermate positief ontvangen zitplaatsrecht in het nieuwe stadion de stemming doet opklaren. Kitty gaat voor de Kuip. ,,Renoveren en aan alle afvalligen laten zien hoe je omgaat met nostalgie. Maak het mooiste stadion van Nederland weer modern en toekomstbestendig. Winkelen doe ik wel in de koopgoot of op het Zuidplein.’’ Warry ziet kansen als Sparta, Excelsior en Feyenoord de krachten zouden bundelen. ,,Het levert meer sponsors en een sterker nationaal en internationaal voetbalbolwerk op.’’ Voor Henk hoeft Feyenoord-City niet. ,,Het komt financieel als een molensteen om de nek van Feyenoord te liggen. En, met een nieuw stadion ga je de kloof met PSV en Ajax net dichten.’’ Karel vindt City overbodig en ziet in het aanpassen van de Kuip als beste en goedkoopste oplossing. André wijst er fijntjes op dat de start van de bouw tien jaar geleden op Varkenoord al had gekund als er was doorgepakt. ,,Nu willen de hoge heren maar één ding en dat is City.’’ Piet denkt dat de realisatie van het nieuwe stadion lang gaat duren. ,,Er duikt steeds weer iets nieuws op. Komt City er dan hoop ik dat Feyenoord er structureel beter van wordt, zodat de achterstand op Ajax en PSV kleiner, en zeker zoals momenteel groter, wordt.’’ Jan de Knecht voelt zich met de rug tegen de muur staan. Eén punt wil hij kwijt. ,,Het mobiliteitsplan is onhaalbaar! Er komen 20.000 supporters meer in een gebied waar er ook nog eens 12.000 woningen extra komen. Koekoek!’’ Jan van Heck zegt Feyenoord-City moe te zijn. De voor- en tegenstanders buitelen over elkaar heen. Het dreigt een splijtzwam binnen de Feyenoord-supporters te worden. Zijn er nog voorstanders dan? Jawel, Jörgen ! ,,Natuurlijk, ik ben gek op de Kuip, kom er al meer dan veertig jaar en net als velen de eerste keer met mijn vader. Maar als club moet je door en dat gaat niet met de huidige Kuip. Een nieuw stadion biedt de mogelijkheid de begroting te verhogen, iets dat zou moeten leiden tot een beter elftal o het veld en dus meer kansen op successen.’’ Durven jullie wat te zeggen over ‘hunnie uit 020’? Een gevoelige vraag, beantwoord met een vleugje realiteit, cynisme, ironie en jaloezie. Jan van Heck durft er wel wat over te zeggen. ,,Met de kans weggehoond te worden. Het gaat over hun huidige elftal. Er was daar minder arrogantie bij enkele spelers, er kwamen verstandige woorden uit en minder kapsones. Over de aanhangers van ‘hunnie’ ga ik het niet hebben. Die hebben een jaar of vijf hun mond moeten houden en gingen nu in alle opzichten weer helemaal los. Toen dacht ik ‘o ja, zo was WARRY STEIGINGA JAN DE KNECHT JAN VAN HECK