Perspectief, VASF, maart 2021

PERSPECTIEF MAGAZINE VERENIGING AANDEELHOUDERS STADION FEIJENOORD N.V. 69 kijken veel mensen naar, terwijl het niets met journalistiek te maken heeft. De media moeten oppassen dat ze zichzelf niet te serieus gaan nemen. Wij moeten het voetbal op een leuke manier bij ons publiek brengen. Al moet je leuk niet met schijtlollig verwarren. Een leuke manier is inderdaad door je te verdiepen in de spelers en trainers en ze anders te benaderden dan met de standaard voetbalvragen. Vaak hebben jullie als Rijnmond als eerste verslaggever het nieuws rondom deze club. Hoe belangrijk zijn daarbij de bronnen van binnenuit de club? Of lopen de tips vaak via zaakwaarnemers, vrienden en familieleden. Of bellen de hoofdrolspelers soms zelf op? Het is een combinatie van dat alles. Als redactie hebben we allemaal onze contacten in de sportwereld. Soms is een primeur het gevolg van goed speurwerk en soms is het gewoon toeval. Wat wel opvalt dat bijna alles uitlekt bij voetbal- clubs. Dat er altijd mensen zijn die de be- hoefte hebben nieuws door te vertellen, ook als ze er zelf geen belang bij hebben. Heeft het nog voordelen dat jullie mediapartner zijn? Iedere dag belt de mediamanager van Feyenoord om ons te vertellen wat we wel en niet mogen. Hahahaha. Er zijn mensen die serieus denken dat het zo werkt. Terwijl ik durf te zweren dat wij volledig onafhankelijk werken. Als mediapartner hebben wij het voordeel dat we spelers en trainer 1-op-1 mogen interviewen en dat wij het liveverslag op de radio kunnen doen. Iedere club in de eredivisie mag namelijk één partner aan- wijzen die thuis- en uit verslag doet. Bij Feyenoord en Sparta zijn wij dat. En daar zijn wij heel blij mee. Natuurlijk melden wij als het nodig is zaken waar die clubs niet blij van worden of de wenkbrauwen bij fronsen. Maar dat hoort er bij en daar doen ze ook niet moeilijk over. Tenzij wij absolute onzin verkondigen. Dat is in een ver verleden helaas ook wel eens gebeurd, waarna we door de Raad voor de Journalistiek gedwongen werden te rectificeren. Dat vond ik echt een nederlaag voor ons. Toen ik eindredac- teur werd heb ik me voorgenomen dat nooit meer te laten gebeuren. Wat wij melden mag dan wellicht niet leuk zijn voor Feyenoord of Sparta, maar het moet wel kloppen. Hoe zijn jullie bij Rijnmond de coronacrisis als sportredactie te lijf gegaan. We zagen veel oude mooie beelden en korte documentaires. Komen er ook nog lange docu’s of andere verrassingen, nu er tijd was voor andere zaken? Toen corona uitbrak bleek dat de mensen veel behoefte hadden aan het nieuws omtrent dit virus. Daarna brak een fase aan waarin ons publiek een duidelijke voorkeur had voor de menselijke kant van de crisis. Met de tweede golf, de lock- down en avondklok werken we nu met een combinatie van nieuws en boeiende verhalen. We bereiken daar via site, app, social media, radio en tv echt heel veel mensen mee. Rijnmond heeft nog nooit zo’n groot publiek gehad. Hadden we dertig jaar geleden alleen veel radioluis- teraars. Nu zitten onze volgers verdeeld over meerdere kanalen over de gehele wereld en is de optelsom een getal dat maandelijks tot in de tientallen miljoe- nen bezoeken, sessies en kijkmomenten rijkt. De social media, hoe belangrijk zijn die voor jou geworden? Je laat vaak het laatste nieuws via Twitter tot ons fans komen? Voor Rijnmond is social media heel belangrijk. Het is hét middel om heel veel mensen te bereiken. Uiteraard proberen we via social media de Rijnmonders en iedereen daarbuiten richting onze site, radio en tv te krijgen. Maar ook speci- ale content voor YouTube, Facebook, Twitter en Instagram doet het goed. De groei zit er goed in en de rek is er nog lang niet uit. Hoe belangrijk zijn social media tegenwoordig in de sport, en vooral in de voetballerij? Haal je daar zelf ook informatie vandaan, over de familie van een speler bijvoorbeeld? Net als alle andere mediabedrijven scannen wij social media continue. We halen er veel informatie vandaan. Vaak is het voor ons een vertrekpunt om dieper in een verhaal te duiken. Natuurlijk is het leuk om zelf een primeur te hebben, maar buiten journalisten ligt echt nie- mand wakker van wie die primeur heeft. Binnen tien seconden heeft de hele wereld je verhaal overgenomen, vaak zonder bronvermelding. Wij zetten dus niet blind in op het scoren van primeurs. Wij zetten in op het goede verdiepende verhaal bij de primeur. Jullie programma FC Rijnmond wordt goed bekeken. Mijn ervaringen zijn dat spelers van nu steeds minder willen vertellen en dat er als het ware stan- daardinterviews plaatsvinden. Ervaar jij dat ook zo? In FC Rijnmond schuiven echt zelden spelers aan. Dat is een bewuste keuze. Spelers moeten wel een heel goed ver- haal hebben of heel leuk zijn willen we ze een plekje aan tafel geven. Wij kiezen voor journalisten en oud-spelers en – trainers. En af en toe komt een trainer of beleidsbepaler voorbij. Dat combineren wij met ons bekroonde Feyenoord-duo Dennis van Eersel/Sinclair Bischop en het gouden kwartet Geert den Ouden, Thomas Verhaar, Harry van der Laan en Emile Schelvis. Daarnaast mag ik zelf ook nog wel eens aanschuiven. En we hebben echt een top-presentator in Bart Nolles. Hij is de reisleider in de meningen-brij die dertig minuten lang voorbij komt en dat doet hij uitstekend. Bij elkaar leidt dat tot de enige regionale voetbaltalk- show van Nederland. Twee keer per week trekken we ‘volle zalen.’ Het zorgt vaak voor veel spin-off op de suppor- terssites en de plak- en knipsites. En dat leidt dan regelmatig weer tot onrust bij spelers of trainers, want die sites zijn meesters in het ongenuanceerd woorden verdraaien. Met niet al te fraaie reacties van lezers tot gevolg. Ach ja, het hoort er anno 2021 helaas bij. Ik lig er totaal niet wakker van als voor de tienduizendste keer op social media wordt geschre- ven dat ‘die k*t-Spartaan z’n muil moet houden…’ KENNERS AAN HET WOORD